Een bekende poltieke meme stelt dat oninspirerend centrisme altijd zal herrijzen nadat extreemrechtse regeringen het land op de klippen heeft doen lopen. Om vervolgens de problemen in het land niet bij de bron aan te pakken en zo een nieuwe voedingsbodem voor extreemrechts te creëren. Op reis naar Dresden ziet de DEMO-redactie een waarschuwing voor wat de Nederlandse politiek mogelijk te wachten zal staan, maar ook hoop voor hoe deze cyclus kan worden doorbroken.
Jelrik Westra, Richard Korpel en Nikki Fredriksz
Ze zeggen weleens dat Nederland qua politiek zo’n 5 tot 10 jaar achterloopt op de rest van de wereld. Wanneer een fascistische meute in Nederland dan eens een eerste raampartij van een liberale club doet sneuvelen, kan het schelen om over de grens ons verdere voorland te verkennen, als het gaat om de opkomst van extreemrechtse politiek, geweld incluis. Niet dat de DEMO-redactie deze reis heeft ondernomen voor de aanval van de ‘ElsRechts’-demonstratie op het D66-kantoor, maar hè. Het vertelt wel mooi.
Het geluk wil dat een lid van de redactie op zomerstage mag in Dresden, hoofdstad van de deelstaat Saksen in het oostelijke Duitsland. Bij de rest van de redactie vooral bekend als het anti-Rotterdam, dat na zware bombardementen door de gealliëerden in de Tweede Wereldoorlog volledig in originele stijl is herbouwd. De stenen staan dan weer op zijn plek, dat wil niet zeggen dat de bombardementen geen blijvende schade hebben veroorzaakt. Dresden is sinds jaar en dag een verzamelplek voor extreemrechts. Op 13-15 februari, de data van de bombardementen in ‘45, trekt er een stoet neonazi’s door de stad om de bombardementen te ‘herdenken’. Hierover later meer. Ook is Dresden de stad waar Pegida in 2015 opkwam.
Saksen kleurt bruin…
Saksen, de provincie waar Dresden onderdeel van is, heeft net als heel Oost-Duitsland, bij de laatste federale verkiezingen massaal voor de extreemrechtse Alternative für Deutschland (AfD) gestemd. Dit na dramatisch verlies van de sociaaldemocratische, groene en liberale partijen die onder leiding van Olaf Scholz de afgelopen jaren deel uitmaakten van de toch best progressieve ‘stoplichtcoalitie’. Juniorpartner FDP, het Duitse broertje van VVD en D66 binnen de Europese liberalen, verdween zelfs geheel uit het parlement. AfD verdubbelde.
Voor wie bij onze oosterburen nog geen Currywurst zou kunnen bestellen: denk bij de AfD aan onze PVV, als Geert Wilders zich nog twee stapjes rechts van Forum voor Democratie zou bevinden. Gesprekken over deportaties van migranten en minderheden zijn aan de orde van de dag binnen de partij en kopstukken van de club hebben verbanden met neonazi’s. AfD werkt daarbij openlijk samen met ongure types als de Hongaarse dictator Viktor Orbán, en kon bij de afgelopen verkiezingen op Amerikaanse steun rekenen in de vorm van JD Vance en Elon Musk.
Extreemrechts in Duitsland is dan ook echt andere koek dan in Nederland. Op dit moment nog, althans. In elk geval lijkt politiek geweld al een stuk meer genormaliseerd. Recent voorbeeld hiervan is de aanval op de sociaaldemocratische europarlementariër Matthias Ecke, die als gevolg zwaargewond in het ziekenhuis belandde. Dezelfde groep had eerder op de avond een jonge campaigner voor de groene partij belaagd.
… maar Die Linke groeit ook
In Saksen won de AfD met 38.5% procent van de stemmen. Stel je eens voor, 58 zetels voor PVV-plus. Met uitzondering van een kiesdistrict in Leipzig won deze extreemrechtse partij in alle Saksische kiesdistricten. Zo ook in Dresden. Dit vertelt echter niet het hele verhaal: in de steden is er ook groei te zien aan de andere kant van het politieke spectrum. Naast het AfD was er bij de federale verkiezingen namelijk nóg een partij die verdubbelde in de Bondsdag. Dan hebben we het over Die Linke, een partij aan – je raadt het nooit – de linkerkant van het politieke spectrum, met een democratisch-socialistisch programma. Niet te verwarren met het sociaaldemocratische verheffingsideaal waar jouw PvdA-opa nog in gelooft. Denk eerder aan het sexy links met een duidelijk antikapitalistisch randje, waar bijvoorbeeld een Zohran Mamdani de straten van New York nu mee verovert.
Die Linke steeg van 28 naar 64 zetels in de Bondsdag, en lijkt die groei mede te danken te hebben aan de verkiezingsuitslagen in de steden in Oost-Duitsland. Waaronder Dresden, dus. Die Linke wist hier tot 15% van de stemmen te behalen, vergeleken met 8% in de rest van Duitsland.
Bij de DEMO vinden we dit gegeven interessant, met de hete adem van de PVV en co in onze nek binnen Nederland. Hoe lukt het een progressieve partij om weerstand te bieden tegen de opkomst van extreemrechts? Waarom lukt dit een hard-linkse partij wel, en de meer liberale middenpartijen (SPD daar, GL-PvdA hier) niet? En wat staat ons in Nederland te wachten, als het gaat om het verdere oprukken van extreemrechtse politiek?
Meeting the Linksjugend
Genoeg reden voor de redactie om zich bij de zomerstagiair te voegen en zich naar het verre oosten te begeven op de eerste echte DEMO-twinning. Dit keer niet om ons onder de keurige liberale jongetjes en meisjes van onze directe zusterpartijen te begeven, maar om een keer echt buiten onze comfortzone te stappen. Of in elk geval een poging daartoe te doen. De lezer mag aan de hand van dit verslag beoordelen of dit is gelukt. Hoe dan ook stappen we met een beetje financiële hulp van het Landelijk Bestuur en een dagvullende treinreis achter de rug uit op Dresden Hauptbahnhof.
Centraal op het programma staat een gesprek met de jongerenorganisatie van Die Linke, met de wat typografisch ingewikkelde naam Linksjugend [‘solid]. Onderweg naar hun partijkantoor – we herhalen: het partijkantoor van een lokaleafdeling van een PJO – valt in elk geval op hoe de publieke ruimte veel meer politiek lijkt te worden gemaakt dan in Nederland. De muren van restaurants, nachtwinkels en woningen in het studentikoze Neustadt zijn volgekalkt met hondenfluitjes van zowel linkse als rechtse zijde. Denk aan ‘ACAB’, wat staat voor all cops are bastards, of ‘161’, wat correspondeert met het alfabet en dus staat voor AFA, antifascistische actie.
Van deze laatste zijn hier en daar ook bewerkingen te vinden, waarbij men een extra 1 heeft toegevoegd. 1161 staat dan voor anti-antifascistische actie. Een enkele 161 is getransformeerd tot 164. De onbekende AfD-sympathisant heeft het nadeel van SMS-afkortingen goed uitgebuit: één extra streepje door de ‘1’ heen, en ‘AFA’ verandert in ‘AfD’.
Het partijbureau van die Linksjugend is in elk geval makkelijk te vinden: op elke zuil staat ‘161’ in zwarte graffiti. Gaandeweg het kennismaken met de partijleden rijden andere jongeren een drukbestickerde bakfiets met JBL-speaker naar binnen. We spreken even met lokaal bestuurslid Thomas. Die komt terug van een actie om de vakbond van een thuisbezorgdienst te ondersteunen. Als de openbare Hub in Dresden sluit, kan de ‘betriebsrat’ (ondernemingsraad) namelijk niet meer bijeenkomen.
“Het is belangrijk om te laten zien dat we mensen willen helpen en niet alleen bekendstaan als jongeren die alleen maar een beetje Marx zitten te lezen,” legt Till Neumann (20) uit. Hij is naast provinciaal bestuurslid van de Linksjugend student communicatie en staat ons anderhalf uur te woord. Till staat symbool voor een bredere trend: Die Linke is zijn stoffige imago à la de SP kwijt en ondervindt hernieuwd enthousiasme onder jongeren.
Eenmaal binnen is het kantoor echter meer doorsnee dan we hadden verwacht. Alleen het overmatige rood en het portret van Lili Elbe, een Duitse transgender vrouw uit de vroege 20e eeuw, geven weg dat hier niet zometeen een SCRUM-meeting plaats gaat vinden, maar een gesprek van anderhalf uur over politiek in een tijd van rechtsextremisme.
Opmars van de flanken
Till: “Het politieke sentiment hier in Dresden is niet veel anders dan de rest van Oost-Duitsland. Ze geloven niet dat de reunificatie na de val van de muur hen echt heeft geholpen en hebben Ostalgie naar de tijden van vroeger.”
Dat woord moet Till voor ons uitleggen. Dresden was als stad in Oost-Duitsland onderdeel van de vroegere DDR. Veel ‘Ossies’, mensen uit het oosten van Duitsland, koesteren nog heimwee naar die tijd, waarin met name de werkloosheid erg laag was. Deze Nostalgie für den Ost, oftewel Ostalgie, is volgens sommigen een belangrijke voedingsbodem voor rechtsextremisme en populisme in het moderne Oost-Duitsland.
“Oost-Duitsers krijgen nog altijd minder betaald dan mensen in het westen en hebben vaak maar magere pensioenen,” verklaart Till. “Ze voelen zich verbonden met de AfD omdat die simpele antwoorden geeft: gooi migranten eruit en het leven is weer goed. Ik ging naar school met mensen die je nu allemaal op social media de AfD ziet ophypen. Of nog erger.”
De opmars van Die Linke is voor buitenstaanders echter verrassender. Till: ‘’Toen afgelopen november de regering viel, stonden we er slecht voor. We waren verkiezingsmoe en hadden gedoe met Sara Wagenknegt (die de links-conservatieve vleugel van de partij vertegenwoordigde en uiteindelijk afsplitste met haar eigen, onsuccesvolle partij, red). We begonnen op iets van drie procent in de peilingen, maar je kon voelen dat er iets aan het veranderen was. De stoplichtcoalitie van Scholz had nog te veel weg van het tijdperk van Merkel. Mensen waren dat zat, dus naast de AfD groeiden wij ook.”“Je merkt dat het goed gaat met Die Linke. We krijgen veel nieuwe leden. Ook komen organisaties naar ons toe met voorstellen, omdat ze zien dat wij kunnen helpen. We doen een spreekuur waar we over je huurproblemen kunnen praten en zijn dus goed zichtbaar.’’
Zichtbaarheid in de stad
We hadden de indruk gekregen dat politiek veel zichtbaarder op straat is, maar Till zwakt dat toch wat af. ‘’Hier in Neustadt is de ‘scene’ duidelijk aanwezig, maar op andere plekken in de stad niet zoveel. In de landelijke delen al helemaal niet. We zitten hier in Neustadt echt in de linkse buurt, en de politieke statements komen vooral van studenten die hier hun plek op het politieke spectrum vinden.’’
Net als in Nederland geeft Till aan dat de meesten al die graffiti maar onnodig vandalisme vinden, maar het nut voor hem is duidelijk. ‘’Voor onze beweging is zichtbaarheid op straat belangrijk. Actie kan niet alleen uit het parlement komen, want laten we eerlijk zijn: wie kijkt daar nou naar? Als je naar mensen toekomt, zien ze ook de praktijk achter grote woorden als ‘socialisme’ of ‘antifascisme’.’’ Vandaar dat de Linksjugend zich vandaag ook direct bemoeit met de actie van de thuisbezorgers.
Die acties en marsen keren zich steeds directer tegen de extreemrechtse krachten in Dresden en Duitsland. Till: “De dreiging van extreemrechts wordt ons duidelijker. Een groep van ons werd recent omsingeld en aangevallen bij het station. Andere keren spugen mensen je voor je voeten of roepen ze nare dingen. In Berlijn werd een lid van Linksjugend zelfs het ziekenhuis ingeslagen.” Dat is al andere koek dan een ingetikt raam. In Nederland is het nog geen gewoonte om fysiek onveilig te zijn bij het campagnevoeren voor een politieke partij.Niet alleen politieke activisten lopen gevaar; soms is het al genoeg om er links uit te zien of linkse interesses te hebben. Bronnen uit Dresden meldden dat na een rave in de stad groepjes rechtse jongeren het terugkerende publiek aanvielen, waarbij meerdere feestgangers in het ziekenhuis belandden.
Geschiedenis als wapen
Met name in februari kan de sfeer in Dresden omslaan, rondom de herdenkingen van het bombardement van Dresden. Menig geschiedenisliefhebber (of iedereen met een boomerpapa) kent Dresden vooral van de gruwelijke bombardementen door de geallieerden in de nadagen van de Tweede Wereldoorlog. Over het strategisch doel hiervan wordt nog steeds hevig gedebatteerd, waarbij het bombardement naar moderne maatstaven wel degelijk als een oorlogsmisdaad kan worden gezien.
“Ten tijde van de DDR was het bombardement taboe, maar na de val van de muur kwamen er vanaf de jaren negentig fascisten en pseudo-intellectuelen uit West-Duitsland mensen in het oosten een verhaal ophangen over de ‘bommenholocaust’,” legt Till uit. “Ze vergelijken het met de jodenvervolging. Het is onderdeel van een breder verhaal over slachtofferschap dat het Duitse volk is aangedaan. Daarbij is het hele politieke systeem, van het CDU tot De Groenen, bedoeld om de Duitser onder de duim te houden.”
De herdenking van het bombardement van Dresden is anno 2025 uitgegroeid tot een soort veldslag, waar neonazi-groeperingen als de Elblandrevolte openlijk door de straten marsen. Lokale media beschrijven vervolgens een soort kat-en-muisspel, waarbij antifascistische groepen via tegenprotesten en menselijke ketens de bewegingsruimte van extreemrechts de vrijheid proberen te ontnemen.
Tegenprotest
‘’Het CDU zou het niet doen,” vervolgt Till, “maar zeker in Oost-Duitsland zijn Die Grunen en de SPD wel uitgesproken over extreemrechts. Ook hun partijleden zijn opgegroeid tussen neonazi’s. De jaren negentig stonden hier bekend als de Baseballbatschliege, omdat neonazi’s met zwarte laarzen en bomberjacks door de straten gingen met honkbalknuppels, om alles wat ze dachten dat links was kapot te slaan. Dat leeft nog onder de mensen. Een vriend van me heeft een activistische vader die een pand had gekraakt. Op een dag kwam er een stel neonazi’s die het huis gingen bestormden en hem probeerden te vermoorden. Vanuit dat soort verhalen is er nog veel leftover trauma.’’
Hoe dan ook is de deelname van centrumlinkse partijen als de SPD of De Groenen aan die tegenprotesten vanuit Nederlandse blik opvallend. In ons kikkerlandje zien we de PvdA of D66 nog niet zo snel samen met Antifa aan de frontlinie staan. Wie het woord ‘antifasistisch’ noemt, kan in Nederland al snel op spruitjeslucht rekenen.
Zo kon de recente campagne ‘Wij eisen de nacht op’, gericht tegen vrouwengeweld, op ferme kritiek regelen toen bleek dat de campagne haar stickers, posters en ander materiaal liet produceren door de webshop ‘De Rode Lap’, een onversneden links platform dat voort is gekomen uit de voormalige jongerenorganisatie van de SP.
Kritiek die niet alleen kwam vanuit de te verwachten hoek – de BoerBurgerBeweging – maar zelfs vanuit ‘ons eigen’ D66. Kamerlid Hanneke van der Werf stelde dat samenwerken met een webshop “die haat en geweld verspreidt” averechts zou werken voor de boodschap van de campagne. Een snelle blik op de webshop leert dat de enige duidelijke verwijzing naar geweld een pin van een gebroken geweertje betreft, dat juist staat voor antimilitarisme en het neerleggen van de wapens, maar enfin. Misschien dat de welbekende ‘D66 is kut lmao’-sticker kwaad bloed had gezet.
Wellicht dat er in deze houding verandering komt met het tempo waarop extreemrechts ook in Nederland voet aan de grond krijgt. Enkele politici durfden de rellen na het ‘Elsfest’ in Den Haag correct te bestempelen als fascistisch geweld. De recent aangenomen motie om Antifa als terroristische organisatie te bestempelen heeft hier en daar ook de ogen geopend. De Correspondent, uiteindelijk toch hét medium voor progressieve centristen in Nederland, heeft deze maand in elk geval al een boekje uitgebracht met een duidelijke boodschap voor ons land: het fascisme is er al, ook hier, ook nu.De vraag is dan ook hoe er met deze opmars valt om te gaan. ‘’Het is vooral verdedigen,” vertelde Till ons in Dresden. “Het is ook niet alleen AfD tegen Die Linke, maar je hebt ook nog meer hardcore groepen als de Republikaner en de Elbandrevolte. In tegenstelling tot neonazi’s zijn wij aan de linkerkant niet gewelddadig. Je moet ze confronteren op andere manieren en ervoor zorgen dat er geen nieuwe, jonge mensen zich erbij aansluiten.”
Bouwen aan een linkse beweging
Veel linkse bewegingen vallen ten prooi aan het zogenaamde ‘narcisme van de kleine verschillen’. Linkse en progressieve bewegingen in Nederland krijgen vaak het verwijt elkaar te bevechten op kleine, onderlinge meningsverschillen, waardoor ze de samenhang missen om serieus tegenwicht te bieden aan de rechtse status quo.
In Duitsland daarentegen lijkt alles links van de CDU al een stuk beter één blok te kunnen vormen tegen het oprukkende extreemrechts. Dat laat de deelname van Die Linke tot aan de SPD, toch de grootste regeringspartij in de vorige landelijke coalitie, aan de tegenprotesten in Dresden wel zien.
Hoe weet het Duitse links de boel bij elkaar te houden? ‘’Ik denk dat in heel Oost-Europa onder de progressieve beweging, van Die Linke tot de SPD, duidelijk is dat je moet samenwerken tegen de fascistische storm,” stelt Till. “In bepaalde regio’s werken we ook met kandidaten die we met meerdere partijen steunen. “Dicht bij elkaar op schoot zitten” is moeilijk voor sommigen, die zien de SPD bijvoorbeeld al snel als klasseverraders. Maar de meeste mensen realiseren zich dat we elkaar pas echt weer kunnen bevechten als de AFD onder de kiesdrempel belandt. Ze zijn nu gewoonweg te sterk.”
Uiteindelijk ziet Till zijn eigen Die Linke dan ook graag in een coalitie terechtkomen. “Al is het wel het risico dat je als junior partner bij ‘R2G’-coalities (rood, rood, groen, dus met SPD, Die Linke en De Groenen) niet echt je plannen kan verwezenlijken. We moeten dan zo goed mogelijk proberen de mensen te helpen en het vertrouwen in de overheid te herwinnen. En tot die tijd zichtbaar zijn op straat. Mensen moeten bij socialisme aan andere dingen denken. Niet meer aan de DDR en staatsrepressie, maar aan het helpen van gewone mensen.’’Als de rest van Die Linke het met Till eens is, wijkt het uiterst-linkse spectrum van de Duitse politiek qua strategie duidelijk af van de Nederlandse variant. Vergelijk met de SP, die al sinds de oprichting tot de oppositie veroordeeld lijkt. BIJ1, mogelijk de meest ‘extreem’ linkse partij in onze politieke mainstream, kiest zelfs actief en bewust voor de oppositie, gezien het meedoen in een regeringscoalitie zou betekenen dat de partij compromissen zou moeten sluiten. Dat is het vergooien van de eigen principes de partij niet waard. Zo lijkt het in ons land onvoorstelbaar dat partijen als BIJ1 en de SP, of bijvoorbeeld de Partij voor de Dieren, met middenkrachten als GL-PvdA of D66 de handen ineen zouden slaan. Dat lieten de reacties op de beruchte poster van Jesse Klaver’s GroenLinks uit 2021 wel zien. De oproep tot ‘meer Lilian & Lilianne & Sigrid & Jesse’ (destijds de leiders van de SP, PvdA en D66) leidde tot lauwe reacties van de Lilian en Sigrid in kwestie.
Lessen voor Nederland
Terug in de trein naar Nederland denken we terug wat we van ons bezoek aan Dresden geleerd hebben. De geschiedenis van Duitsland met nazisme en neonazisme heeft het midden van het politieke spectrum waakzamer gemaakt op extreemrechts en meer bereid om actie te ondernemen hiertegen. Aan de andere kant zorgt dezelfde geschiedenis, gekoppeld met de Ostalgie, er juist ook weer voor dat de AfD zo groot kon worden in Oost-Duitsland. Waakzaamheid is kortom niet genoeg om extreemrechts te voorkomen, maar het Nederlandse midden zou de lessen van de Saksen zich wel kunnen aantrekken.
De waakzaamheid is er een van. We hebben het stilaan laten gebeuren dat ‘vrolijk rechtse’ partijen als de BBB en JA21 in een poging PVV-stemmers over te nemen een extreemrechtse ‘race to the bottom’ zijn gestart, waarbij het voorlopige eindpunt nu is dat maar liefst vijf partijen plannen voor remigratie in hun verkiezingsprogramma hebben staan. Benoem dat voor wat het is. Fascisme.
Middenpartijen zouden à la de Dresdenaren zich een stuk harder moeten durven uitspreken tegen extreemrechts, en niet het verdedigen van de democratie door extreemrechtse krachten aan de flanken overlaten. Antifa is in Nederland een piepkleine splinterbeweging waar de gemiddelde D66’er zich zeker niet tussen zou willen bevinden. Een welbekende notabele uitzondering daargelaten, hallo Felix! (Niet de D66 nummer 11).
Hoewel de Elsrechtsrellen enige mentaliteitsverandering teweeg lijkt te hebben gebracht, is dit veruit niet genoeg. In Duitsland lijkt het serieuze en het meest aantrekkelijke antwoord op oprukkend extreemrechts nu te komen vanuit de linkerflank. Niet vanuit de traditionele middenpartijen, zoals de christendemocraten, liberalen en sociaaldemocraten. Nederland zou er goed aan doen dat in het achterhoofd te houden, nu een nieuw middenkabinet waarschijnlijk op komst is na het eerste extreemrechtse experiment van het kabinet-Schoof.De democratie beschermen tegen fascisme betekent dat alle partijen die het fascistische gedachtegoed niet ondersteunen (VVD, are you there?) naast de PVV, ook al het andere extreemrechtse gedachtegoed als breekpunt moeten zien voor regeringsdeelname. Dat betekent at the least uitsluiten om te regeren met partijen die remigratie in hun verkiezingsprogramma hebben staan. Dit betekent massademonstraties à la De Rode Lijn, waarbij middenpartijen ook een keer de kartrekker mogen zijn, in plaats van dat ze twee jaar te laat schoorvoetend aansluiten. “Democratie laat zich niet breken” spraypainten op het partijkantoor is een mooie geste van D66. Helaas is de waarheid dat democratie zich wél laat breken, tenzij we en masse tegen de brekers opstaan.
Bron foto: mdr.de
Artikelen van redacteuren vertegenwoordigen niet per se de mening van de DEMO of Jonge Democraten. Wil je reageren op dit stuk? Mail dan je reactie (max. 500 woorden) naar demoredactie@jongedemocraten.nl
