Het roer moet om: waarom D66 en de JD hun idealen moeten herontdekken

De afgelopen maanden zien we het steeds duidelijker: D66 worstelt. In de peilingen, in het publieke debat, in de media. Hoe kan het dat een partij met zulke krachtige beginselen — vrijheid, vooruitgang, rechtvaardigheid — zo weinig tot de verbeelding spreekt? Waarom lukt het niet om de publieke opinie te keren, of in elk geval een helder tegengeluid te laten horen?

Michiel van Alst en Elise Stroop

Wat ons betreft lijkt D66 steeds meer een partij te worden die zichzelf kwijtraakt in de dynamiek van het moment. In plaats van vast te houden aan onze idealen, reageren we op peilingen, beeldvorming en politieke hypes. Politiek verwordt tot communicatie, en ideeën worden gereduceerd tot talking points. Dit is niet wat onze partij nodig heeft.

We slaan bovendien steeds vaker een hardere toon aan. In plaats van ons te blijven onderscheiden door redelijkheid en inhoud, doen we mee met de verharding die het politieke spel tegenwoordig domineert. Korte, gelikte filmpjes waarin politieke tegenstanders hard worden aangevallen lijken soms belangrijker te zijn geworden dan het uitdragen van idealen, dromen en nieuwe ideeën. 

Natuurlijk mag — en moet — je benoemen als het huidige kabinet tekortschiet, maar je eigen verhaal zou altijd centraal moeten staan. Onze kiezers zitten niet te wachten op nóg een speler in het spel van polarisatie. Zij verlangen naar vertrouwen, visie en richting.

Wat te vaak ontbreekt, is het grotere verhaal. D66 presenteert voorstellen en lanceert hier en daar een proefballonnetje. Maar het perspectief, de richting, de droom, ontbreekt. Een recent voorbeeld daarvan was de speech van onze partijleider op het D66-congres, waarin voorstellen werden gedaan als het bouwen van tien nieuwe steden, het volledig afbreken en opnieuw opbouwen van de Belastingdienst en het invoeren van het Muskiaanse principe om voor elke nieuwe regel twee bestaande regels te schrappen. 

Hoewel creatief bedoeld, leken deze ideeën vooral bedoeld om media-aandacht te genereren. De kracht achter D66 was de ideeën die ergens voor staan, die duidelijk maken waar we naartoe willen met dit land. Die kracht moeten we herontdekken.

De JD als idealistische aanjager: nu meer dan ooit nodig

Ook binnen de Jonge Democraten merken we dat de politieke verbeelding onder druk staat. De organisatie die ooit bedoeld was om D66 uit te dagen met frisse ideeën en scherpe analyses, lijkt in sommige opzichten juist minder durf te tonen. Waar we vroeger voorop liepen met radicale voorstellen — zoals stemrecht vanaf 16 jaar, de afschaffing van de monarchie, hervorming van het pensioenstelsel, legalisering van drugs, een federaal Europa met een Europees leger en het afschaffen van fossiele subsidies — kiezen we nu te vaak voor veilige, haalbare standpunten waar iedereen zich in kan vinden. 

Bij D66-congressen, hét moment om de koers van de moederpartij bij te sturen, lijken we onze eigen voorstellen steeds vaker af te zwakken om maar een positief preadvies te krijgen – in plaats van ons hard te maken voor afschaffing van die preadviezen. Het gevolg: een cultuur waarin consensus belangrijker wordt dan inhoudelijke scherpte, en waarin we er niet in slagen het grotere, inspirerende verhaal te vertellen dat juist nu zo hard nodig is. 

Als jongerenorganisatie zouden wij juist de rol van inhoudelijke aanjager moeten vervullen: het idealistische kompas, de kritische vriend van de partij. De plek waar nieuwe ideeën ontstaan, waar we hardop dromen over hoe het anders en beter kan — los van het compromis, los van de logica van het politieke nu. Maar steeds vaker spiegelen we ons aan de partij, aan wat haalbaar is binnen de bestaande kaders. Daarmee verwaarlozen we precies datgene wat ons waardevol maakt: onze onafhankelijkheid, onze creativiteit, onze rol als gewetensfunctie binnen de beweging.

Neem het voorstel om de stemleeftijd te verlagen — een klassiek JD-idee, dat jongeren meer invloed wil geven op hun toekomst. Toch wordt zelfs zo’n voorstel regelmatig als te radicaal of ‘nu niet relevant’ terzijde geschoven. Terwijl juist wij degene zouden moeten zijn die dat soort ideeën agenderen, ook als ze nog niet rijp zijn voor directe uitvoering. Verandering ontstaat niet vanuit het bestaande, maar vanuit het lef om nieuwe denkrichtingen op tafel te leggen.

Tegelijkertijd lijkt er een fixatie te ontstaan op een beperkt aantal ‘kernthema’s’ zoals onderwijs, wonen en zorg. Natuurlijk zijn dat belangrijke onderwerpen, maar ze mogen geen excuus zijn om andere, even urgente vraagstukken te mijden. Deze eenzijdige focus leidt ertoe dat er op andere onderwerpen significant minder ruimte is voor opinie en debat. In een tijd van groeiende geopolitieke instabiliteit en sluipende uitholling van democratische waarden, ook in ons eigen land, mogen juist deze fundamentele vraagstukken niet naar de achtergrond verdwijnen. Die verantwoordelijkheid rust niet alleen op het bestuur, maar op de hele JD

Als wij het niet doen, wie dan wel?

Kortom, we moeten ons afvragen: wat voor samenleving willen we? Durven we te kiezen voor ideeën die vandaag misschien onhaalbaar lijken, maar morgen onmisbaar kunnen zijn? De economie, de democratie, de samenleving van de toekomst — het zijn precies die thema’s waar wij het verschil kunnen maken. Maar dan moeten we wel durven. Durven schuren. Durven botsen. Durven denken. En bovenal: durven uitdragen waar we voor staan.

Dat begint bij het soort voorstellen dat we doen. De Jonge Democraten hebben radicale ideeën nodig — moties die niet alleen het bestaande bevestigen, maar die de grenzen van het denkbare oprekken. Voorstellen die serieus en doordacht zijn, maar wél lef tonen: ideeën waarvoor misschien nu nog geen draagvlak is, maar waarin we geloven omdat ze de toekomst dichterbij brengen. Hopelijk zien we bij het komende Zomercongres al de eerste tekenen daarvan.

Laten we de ruimte terugpakken. Binnen de JD. Binnen D66. Niet uit nostalgie, maar uit bittere noodzaak. Want als wij het radicale, progressieve geluid niet meer durven laten horen, wie dan wel?


Bron foto: Flickr-pagina Jonge Democraten

Michiel van Alst en Elise Stroop zijn politiek adviseurs Sociaalliberalisme en Democratie, Bestuur & Rechtsstaat

Dit artikel is een ingezonden opinie en reflecteert niet noodzakelijkerwijs de mening van de DEMO of Jonge Democraten. Wil je reageren op dit stuk? Mail dan je reactie (max. 500 woorden) naar demoredactie@gmail.com en stuur een appje naar Adjunct-Hoofdredacteur Richard (+31 6 205 496 18)

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *